WAAROM HET OP WEDSTRIJD NOG NIET WIL LUKKEN, TERWIJL HET IN DE TRAINING AL WEL GOED GAAT
Iedere ruiter heeft dat wel eens meegemaakt. In de training gaat het steeds beter en jullie gaan goed vooruit. Je hebt hard aan de aandachtspunten gewerkt en je voelt dat je nu klaar bent om op wedstrijd te gaan. Vol vertrouwen ga je op wedstrijd en wat is het resultaat? Tijdens het losrijden merk je al dat het moeizamer gaat en het lukt je maar niet om het fijne gevoel wat je thuis hebt te krijgen. In de proef sluipen weer de oude fouten, terwijl je daar thuis nog wel zo hard aan had gewerkt.
Hoe kan dat nu? Je had je paard in de training toch zo goed voor elkaar?
Een wedstrijdomgeving is voor jou als ruiter en voor jouw paard natuurlijk heel anders dan thuis. Er rijden andere paarden kris kras over het terrein, er is publiek, auto’s, wapperende vlaggen, geluid en ga zo maar door. Spanning is één van de meest belangrijke oorzaken waarom het nog niet wil lukken op wedstrijd. Maar met alleen het werken aan het verminderen van de spanning heb je nog niet de sleutel tot succes te pakken.
Terugvallen in je oude patroon
Een groot deel van de oplossing ligt in de training thuis, waar ik het in de blog “Op wedstrijd gaan versus thuis doortrainen. Wat is wijsheid” ook over heb gehad. Het heeft geen zin om wekelijks op wedstrijd te gaan als er in de basis nog problemen zitten. Je zult dus moeten werken aan jouw aandachtspunten. Maar wanneer zijn jouw aandachtspunten voldoende opgelost?
Als je in de training werkt aan jouw aandachtspunten en die van je paard, dan duurt dit meestal weken tot maanden totdat deze niet meer de grootste issue zijn in de training. Het duurt een aantal weken tot maanden voordat jij en je paard een nieuw (bewegings)patroon hebben aangeleerd.
Je bent snel geneigd om weer terug te vallen in je oude patroon als je niet oplet. Je moet er dus echt moeite voor doen om uit je oude patroon te blijven en vooruitgang te blijven boeken. Dat geldt echter ook voor jouw paard. Paarden zijn gewoontedieren die net zoals mensen vasthouden aan het bekende en graag in hun comfortzone (lees: oude patroon) blijven.
Je moet als ruiter en trainer erg veel aandacht besteden aan het herkennen van het oude patroon, hoe je hier uitkomt, hoe je er uitblijft en vervolgens hoe je de nieuwe manier van rijden jezelf en je paard eigen kunt maken.
Om dat te kunnen doen moet je over veel zelfdiscipline en –kritiek beschikken. Ruiters die dat niet voldoende hebben, kunnen jaren met dezelfde problemen blijven kampen en lijken maar niet uit hun oude patroon te kunnen komen.
Wat is dan een nieuw patroon?
Een nieuw patroon aanleren is het verlaten van de comfortzone en vooruitgang boeken. Dit kunnen allerhande verbeteringen en veranderingen zijn in het rijden. Denk hierbij aan grote veranderingen zoals aanpassingen in de basisafrichting van het paard. Bijvoorbeeld het ontwikkelen van het ruggebruik en meer gedragenheid bij het paard. Tot kleine veranderingen zoals meer buiging in de inzet van oefeningen. Al deze veranderingen vragen om een andere inwerking van de ruiter en een ander lichaamsgebruik van het paard. Dit is een nieuw (bewegings)patroon die het paard en de ruiter zich eigen moeten maken.
De kleine veranderingen zijn natuurlijk minder ingrijpend en redelijk snel door te voeren. Dit vergt minder van ruiter en paard. Echter de grote veranderingen vergen veel tijd en doorzettingsvermogen om het oude patroon te kunnen doorbreken.
Op wedstrijd val je vaak terug in het niveau
Door spanning reageert je lichaam anders dan wanneer je lekker thuis aan het trainen bent. Zo geldt dat ook voor het lichaam van het paard vanwege de andere omgeving en de spanning die een wedstrijd met zich mee brengt. Maar denk ook aan de voorbereidingen en de reis naar de wedstrijd toe. Dat kost een paard altijd meer energie dan thuis trainen, waardoor jouw paard ook weer sneller terugvalt in zijn oude bewegingspatroon en lichaamsgebruik.
Je kunt als regel voor jezelf hanteren dat bij ruiters en paarden die tamelijk last hebben van spanning op een wedstrijd, het niveau op wedstrijd gemiddeld een half jaar achterligt op het huidige niveau.
Ga dus niet onvoorbereid op wedstrijd en neem de tijd!
Houd hier dus rekening mee in je training en je wedstrijdplanning. Een goede test om te zien hoe ver je bent in de training, is het rijden van oefenwedstrijden. Hoe verder jij bent in de bevestiging van je nieuwe manier van rijden, des te beter je het in de gaten zult hebben als jij en je paard op het wedstrijdterrein en in de proef weer terugvallen in jullie oude patroon. Als je training nog niet erg bevestigd is, heb je het vaak niet meteen in de gaten wanneer je terugvalt in je oude patroon. Je merkt alleen dat je paard minder fijn loopt en minder fijn aan de hulpen staat dan thuis.
Ook thuis veel proeven rijden is een goede manier om te oefenen om uit je oude patroon te blijven. Er is namelijk ook een bepaalde handigheid nodig in het rijden van proeven. Dit vergt veel oefening van de proeven. Laat jezelf ook op video opnemen tijdens het rijden, zodat je goed ziet waar je op dit moment staat in je (nieuwe) training.
Zoals in mijn eerder genoemde blog al beschreven is, kan ook een wedstrijdpauze om je paard verder te trainen heel verhelderend werken. Je kunt dan even op adem komen en je goed focussen op de specifieke training die jij en je paard nodig hebben.
Op een gegeven moment is de nieuwe training een automatisme geworden en is dit nieuwe patroon ingesleten in het zenuwstelsel en spierstelsel van jou en je paard. Dat is het moment dat je nagenoeg niet meer terugvalt in je oude patroon.
Veel plezier en succes met het werken aan je aandachtspunten!
Herken jij ook dat je in niveau terugvalt op wedstrijd en dat jij en je paard sneller in jullie oude patroon vallen?
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!